Goedemorgen. We starten de dag met een fietstochtje. De kleuters mogen laten zien wat ze waard zijn. En hun broers en zussen ook. Het is lekker rustig. Dit is overigens niet quarantaine-rustig. Het is zaterdagochtend-voor-tienen-rustig. Dat is gebruikelijke rustigheid. Men slaapt nog. Bloemetje staat er net zo treurig bij als altijd. Heeft ook weinig met een quarantaine of crisis te maken, hij kan gewoon niet anders. De bomen zijn nog niet bloeiend, zoals u ziet. Wie weet gaan we dat nog net meemaken, eind oktober. Ik help het u hopen, want het is prachtig.En deze jongen ligt er ook lekker bij nog altijd. Ik kijk vooral naar de wolken, gezien de afgelopen dagen. Een zonnetje zou leuk zijn. Gelukkig klaart het op. We gaan een parcours doen. Ja, ik ben me ervan bewust dat mijn mondkap niet juist bevestigd is. Start. Het blijkt eigenlijk een supermoeilijk parcours. Maar ze houden zich goed staande. Het is een prachtig weertje, dus ik loop nog even door Palermo. Ik moet namelijk nog die bestelling die ik gisteren heb gedaan, betalen. U weet nog hoe dat gaat toch? Contant bij zo’n kantoortje. En dan geven zij door aan de kledingmevrouw dat ik betaald heb, en dan kan ze het gaan versturen. Zo gaan die dingen hier. Omslachtig? Nee joh. Contant. Nou en dan haal ik tot overmaat van geluk ook nog even mijn was op bij de Chinees. Die wil na alle stemmingmakerij van de voorgaande keren liever niet meer herkenbaar in beeld. Dat is te begrijpen. Tot morgen.
Geef een reactie