Weet je wat het was,

ik stond dus op bij Dayen en dat was inletterlijke zin nog best lastig, want er hangt in Dayennes kamer een grote lampen die hangt vrij laag. Dat is voor haar geen enkel probleem want ze is niet zo
groot, maar voor mij levert het direct in de ochtend al tegenwerking op.

Gelukkig maakte ze het goed met een kop thee
en ontbijt.

Dat gegeten hebbende, kon ik op weg om de grote reis naar Zoetermeer
te maken. Ik wilde nog even in het stadshart wat winkels bekijken, maar het
enige dat ik kocht was een kaasuienbrood bij de Ammerlaan. Wat een nostalgische
gevoelens komen er boven als ik daar binnenkom. Nee, dat is onzin, ik dacht
alleen: ‘Mag ik een kaasuienbrood?’ en dat vroeg ik ook, dus ik kreeg er
eentje.

Bij de Albert Heijn was het een gekkenhuis. Iedereen liep in het honderd. Logisch natuurlijk want tijdens de Pasen kan je twee hele dagen geen boodschappen doen. Grapje. Ze zijn gewoon morgen open.

Pasen.

Je kunt je voorstellen dat ik toen ik thuiskwam enorme zin
had om patat te eten, dus dat ging Willem ineens voorstellen en dat vond ik een
goed idee. Heb het hem wel gelijk laten halen, dat snap je. En toen had Anne ook nog een taart meegenomen. Van dezelfde bakker.

Ik fietste ook nog naar Oosterheem, niet voor mijn lol, maar
om mijn zuster te bezoeken, die had wijn en ik had whiskey en het werd een
dolle avond.

Ik kwam ook mijn andere zuster daar tegen en mijn zwager, die
dienst had en daarom de telefoon opnam met ‘Dag Fred’. Dat leverde de nodige
hilariteit op.

Ik fietste ook nog naar huis. Spooky. Want ik ging over een begraafplaats. Ohnee, door Oosterheem. Nou ja, lijkt elkaar.
Geef een reactie