‘Mevrouw ik heb een vraag.”
“Ik vermoedde al zoiets.”
Een lachje. Oké, ik zit met een portie gebroken ijs, kom maar op.
“Mag ik naar de wc?”
“Ik snap het niet.”
“Wat is vraag 4?”
“Is dit antwoord ook goed?”
“Heeft u antwoordbladen?”
“Valt u uit?”
“Mogen we eerder weg?”
“Mag je bij schoolfeest introducees meenemen?”
“Heeft u een vriend?”
“Is uw haar echt?”
“Kunt u m’n vader niet beter na het weekend bellen?”
“Mag ik een hapje van uw appelflap?’
“Veegt u staand of zittend af?”
“Heeft u lange vloei?”
Geef een reactie