Ik neem de vorm van de spiegel aan. Het is een beetje netjes, maar ja, ik heb een sollicitatiegesprek. 

Ik heb er zin in, zoals je kunt zien. 

Hier zit ik. Te wachten op een nieuwe school. 

Beetje zenuwachtig, maar niet heel erg. 

Ik ben weer klaar. Ging goed. Ze waren gelijk blij. 

Broerlief brengt me naar mijn oude school. 

Waar ik deze muts weer zie. 

Nee deze muts. 

En ik zie Erna weer. 

Mark papt dat z’n ballen klaar zijn. Fijn. 

Truien aan, dan kunnen we de bus in. 

Jee. Lekker een nachtje in de bus. Feest.